MARJORIE JONGBLOED

 
 

 

For R>EAL
Het verlangen naar werkelijkheid dat in alle werken in de tentoonstelling naar voren komt beantwoordt niet voor de eerste keer in de geschiedenis van de kunst de wens naar directheid en authenticiteit. Het deconstrueren van grenzen, scheppen van eigen, nieuwe ruimtes en het verlangen naar een meer intense waarneming zijn strategieën om de werkelijkheid via kunst dichter, nauwkeuriger, eerlijker, etc. te naderen. Dit betekent echter niet dat er wordt teruggegrepen op een naïef geloof in de 'nabootsende' functie van kunst. De kunstenaars die onder het motto "For R>EAL" zijn samengebracht verbinden namelijk niet zozeer de wens de werkelijkheid door middel van nabootsing te leren kennen; er is immers niet één werkelijkheid of waarheid -, als wel via een kunstwerk procédés te ontwikkelen die mogelijke omgangsvormen met de moderne wereld verbeelden. Het kunstwerk is niet langer een fictieve constructie die functioneert als venster op de wereld, maar het kunstwerk bezet een soort tussenruimte waar gelijkenissen tussen realiteit en kunst, feit en fictie ontdekt kunnen worden. Niet zozeer de verschillen maar de overeenkomsten tussen kunst en werkelijkheid worden benadrukt. Kunst is "For R>EAL", of misschien wel werkelijker dan onze werkelijkheid.

De kunstenaars
Het Bonnefantenmuseum presenteert een generatie kunstenaars die radicaal verschilt van de eerste "culturele nomaden" die naar Europa trokken en waartoe kunstenaars als Wilfredo Lam en Roberto Matta behoren. Met uitzondering van Yinka Shonibare (Engeland - Londen, 1962) zijn alle kunstenaars geboren in Afrika. De andere deelnemers zijn: Fernando Alvim (Angola - Brussel, 1963) , Ghada Amer (Egypte - New York, 1963), Andries Botha (Zuid-Afrika, 1952), Mary Evans (Nigeria - Londen, 1963), Meschac Gaba (Benin - Amsterdam, 1961), Kendell Geers (Zuid-Afrika, 1968), Everlyn Nicodemus (Tanzania - Brussel, 1954), Olu Oguibe (Nigeria - New York, 1964), Barthélémy Toguo (Kameroen - Düsseldorf, 1967) en Ina van Zyl (Zuid-Afrika - Amsterdam, 1971). Vanaf het begin van hun artistieke loopbaan hebben deze kunstenaars leren laveren tussen lokale en globale, nationale en internationale opvattingen. Opvallend is dat de beeldende kunst niet het enige medium is waarin zij hun hybride cultureel geheugen vertalen. Olu Oguibe bijvoorbeeld is naast beeldend kunstenaar bekend als curator, hoofdredacteur van Nka - het belangrijkste tijdschrift op het gebied van Afrikaanse kunst - en winnaar van de prestigieuze Afrikaanse prijs voor literatuur met A Gathering Fear (1992).

De deelnemende kunstenaars die Afrika - hetzij vrijwillig, hetzij noodgedwongen - verlaten hebben, horen thuis in een wereld waarin de oude grenzen van ruimte en tijd zijn verdwenen. Debet hieraan zijn de expansie en democratisering van het personenverkeer en nieuwe communicatietechnologieën. Dit heeft geleid tot hyperactiviteit en een zeer complexe realiteit waarin verschillende "werelden" samenkomen. In haar overrompelende monumentale muurversieringen analyseert Mary Evans met veel ironie en humor de macht van culturele codes in onze moderne Europese werkelijkheid. In de installatie "Scope" die zij speciaal voor deze tentoonstelling maakte onderzoekt zij typisch Westerse wijzen van perceptie, receptie en representatie. Twee andere voorbeelden van kunstenaars die ons bewust maken van de culturele gebondenheid van de Westerse wijze van kijken en verbeelden zijn Ghada Amer en Yinka Shonibare. Gebruikmakend van typisch huiselijke expressiemiddelen ontwerpt Amer in haar geborduurde schilderijen een feminiene erotische taal, die in de traditionele Arabische samenleving wordt onderdrukt. Eén van de centrale werken in de tentoonstelling is "Double Dutch" uit 1994 van Yinka Shonibare. In deze installatie bestaande uit 50 schilderijen, gaat Shonibare in op de ideologie van de postkoloniale wereld en de politiek van de kunstmarkt. Kortom, een onmisbaar werk in een tentoonstelling over de actuele bijdrage van niet-westerse kunstenaars aan ontwikkelingen in de moderne kunst in Europa.

Naast het al wat oudere sleutelwerk van Yinka Shonibare en reeds eerder tentoongestelde werken van Ina van Zyl en Andries Botha, toont CONTINENTAL SHIFT in Maastricht nieuw werk dat speciaal voor de tentoonstelling is geproduceerd. Meschac Gaba (net als Shonibare en Oguibe een van de deelnemers van "Mirror's Edge die werd samengesteld door de artistiek directeur van Documenta XI, Okwui Enwezor) presenteert een nieuwe "afdeling" van zijn museumproject "Museum voor Hedendaagse Afrikaanse Kunst"; Fernando Alvim werd gevraagd om een werk te maken dat inzicht geeft in het werkterrein van de kunstenaar zelf en dat veel meer omvat als gewoonlijk met de aanduiding "beeldend kunstenaar" wordt bedoeld; van Everlyn Nicodemus zijn o.a. nieuwe 3-dimensionale collages te zien onder de titel "Ovarian Subtheme"; Kendell Geers toont een nieuwe video-installatie en Barthélémy Toguo concipieerde een nieuwe, zaalvullende muurinstallatie getiteld "The Unfinished Theatre".